Elite

Het is misschien 1998 en ik ben nog geen 17. Onze Vlaamse geschiedenisleraar, meneer S., vertelt ons dat wij de elite van de toekomst zijn. Dat lijkt een serieuze zaak. Meneer S. heeft een huidprobleem, waardoor hij een witte crème op zijn brokkelige ellebogen moet smeren. Wij proberen die ellebogen zoveel mogelijk te ontzien. Afgezien daarvan is meneer S. best een sympathieke man die woorden als ‘dossier’ op een hilarische manier uitspreekt.

Normaliter leert meneer S. ons dat armoede de voedingsbodem is voor communisme, maar vandaag probeert hij ons voor te bereiden op onze rol in de maatschappij. Ik denk dat meneer S. vooral tegen mijn klasgenoten spreekt. Elite. Het woord laat een vieze smaak achter. Het klinkt een beetje als ‘raszuiver’. Sinds de splitsing van de havo- en vwo-leerlingen zitten in mijn klas opvallend veel kinderen uit naburige dorpen. Het zijn witte kinderen die Vincent of Charlotte heten. Ze zitten op hockey of op tennis of erger: allebei. De Vincents en Charlottes wonen samen met hun getrouwde, hoogopgeleide ouders in grote, vrijstaande huizen (dit laatste is een gokje, want ik kom zelden bij mijn klasgenoten thuis). Ik zit niet op hockey noch op tennis (gymles is gênant genoeg). Samen met mijn moeder woon ik in een rijtjeshuis waar, als je niet uitkijkt, het verdriet samenklontert in de hoekjes.

“Echt helemaal niemand gaat voor je juichen als je het hele spijsverteringskanaal van voor tot achter kan beschrijven.”

Ik ben opgegroeid in een huishouden waar elk gevoel van superioriteit op basis van schoolprestaties of opleidingsniveau vroegtijdig de kop in werd gedrukt. Doe maar gewoon normaal. Echt helemaal niemand gaat voor je juichen als je het hele spijsverteringskanaal van voor tot achter kan beschrijven (zeker niet tijdens het avondeten gek genoeg). Als zestienjarige herken ik daarom het woord ‘elite’ feilloos voor wat het is. Een rechts woord met onterechte allure dat hoofdzakelijk dient ter onderdrukking van de lagere sociale klassen. Mijn klasse dus.

Ik ben nu halverwege de dertig en nog steeds hoor ik niet bij de beloofde elite. Mijn wereld eindigt abrupt waar de sky bar begint.